Aloys aan de telefoon. Of ik foto’s wilde maken bij de repetities voor een muziektheater voorstelling (de schrijver/regisseur van het stuk noemt het overigens zelf een musical, wat ik ook zal doen).

Ja hoor, wil ik wel, zei ik, niet helemaal wetende wat ik kon verwachten. De musical zou binnen ongeveer tweeëneenhalve maand op het podium staan, dus het was te overzien. Voor mij dan. Af en toe een maandagavond naar de repetitie in de Laurentiuskerk in Alkmaar. De deelnemers (allen amateurs) zelf moesten flink aan de bak. Teksten leren, liedjes oefenen.

Voor schrijver en regisseur Rudi Oranje was dit zijn zoveelentwintigste productie. En, naar ik begrepen heb, zijn laatste. Ik zal niet verraden hoe oud hij is, maar hij heeft een al respectabele leeftijd bereikt. Aloys en Irene hadden het op zich genomen om de productie van het geheel rond te breien. Ik ken hen al een paar jaar omdat ik beiden, onder andere, op de foto heb gezet voor mijn project ‘Portretten van Rouw’. Dat was meteen het begin van wat ik wel een vriendschap mag noemen nu.

Op 14 februari was de eerste repetitie waar ik bij was, maar niet voor de rest van de aanwezigen. De hele groep kreeg bordjes met hun naam omgehangen. Ik werd voorgesteld als Ronald de fotograaf met een kleine uitleg daarbij wat ik kwam doen.

De repetities begonnen. Om acht uur kwam er nog iemand binnen. Peter Wagenaar, verantwoordelijk voor de liedjes. Vanachter de piano ging hij in hoog tempo door één of twee liedjes heen. Iedereen leek te snappen wat hij bedoelde, als hij tijdens het zingen correcties aanbracht, ondanks het hoge tempo. Of dat ook zo was weet ik niet, maar anders konden ze hun onzekerheid goed verbergen.

Ondertussen maakte ik foto’s. Er zat een dame in een hoekje te kijken. Zij keek naar de mensen en naar wat voor kostuums er nodig waren. Daar zou zij voor zorgen, met wat hulp van enkele mensen van de cast. Niet dat ze de kostuums gingen maken, die waren op voorraad, maar hier en daar moest er wel iets aangepast of gezocht worden (sorry, ik weet het niet precies wat er achter de schermen gebeurde).

De tweede repetitie waar ik bij was, was mij gevraagd om portretfoto’s te maken en een groepsfoto. Een stuk of 30 mensen in korte tijd op de foto zetten en een groepsfoto in een vrij donkere kerk. Tuurlijk, waarom niet.

Aloys haalde mij op met de auto want ik moest wat spullen meenemen, zoals een lamp, een achtergrond doek en een paar statieven. Irene en Rudi haalden we ook op. Terwijl de repetitie begon in het verwarmde zaaltje achterin de kerk, zette ik mijn studiootje op in de ijskoude kerk.

Eén voor een kwam iedereen langs voor de foto. De meesten met frisse tegenzin want, volgens henzelf, niet fotogeniek. Dat hoor ik meestal van mensen en eigenlijk is dat nooit waar. De groepsfoto ging ook best aardig. Rudi liet de mensen bewegen en dat was leuk. Niet zo’n statische foto.

Thuis kwam ik erachter dat er één iemand meer op de groepsfoto stond dan ik aan portretten had. Na even zoeken vond ik ook wie het was.
Volgende keer dan maar, want er was ook iemand die deze repetitie ontbrak. De ontbrekende dame had gemist dat er steeds iemand anders uit de repetitie vertrok voor een foto. Kan gebeuren.

Na de repetitie gingen we met een groepje nog even naar ‘Het Kantoor’, een café even verderop. Met een drankje erbij werden de avond en andere dingen besproken. Dit gebeurde vaker.

Ik wist dat de musical over Pieter van Foreest ging en over heden en verleden. Maar doordat ik steeds stukjes zag, had ik nog geen idee van het geheel. Het lied van een piskijker werd geoefend, het woord pis kwam er heel vaak in voor. Ik had hier een filmpje van gemaakt voor promotiedoeleinden. Thuis monteerde ik het filmpje en monteren betekent het filmpje nog heel vaak zien en horen. Het duurde een paar dagen voor het liedje weer uit mijn hoofd was.

De laatste repetitie waar ik bij was, was de generale. Eén dag voor de première. In totaal zouden er drie uitvoeringen zijn. Bij de generale kwam alles bij elkaar. Het podium in de kerk was nu afgeschermd met zwarte doeken aan de zijkanten en achterkant. Het podium kon helemaal verlicht worden. Daar was een lichtplan voor gemaakt. Er was versterkt geluid en er werd gefilmd. Het voordeel van een generale repetitie voor mij is, is dat ik vrij kan rondlopen om foto’s te maken, terwijl de hele voorstelling wordt gespeeld in kostuum en met mooi licht.

De camera’s voor het filmen waren een kleine beperking, maar daar kon ik wel aardig omheen werken.

Peter was aanwezig met een klein orkest. Dat is mooi natuurlijk, live muziek erbij.

De generale was zoals een generale hoort te zijn. Niet helemaal naar tevredenheid. Rudi greep af en toe in. Tijdens het fotograferen begon ik ondertussen te begrijpen waar het stuk over ging.

Twee dagen na de generale zat ik in de zaal en zag een vloeiende musical. Iedereen wist zijn of haar tekst, alles ging vlot en goed. En ik hoorde een paar prachtige liedjes.

Van niets naar anderhalf uur musical, ik vind het knap.
Leuk dat ik erbij mocht zijn.

Ronald